Nieuwsbrief juni 2024

MINI ZOMER-FESTIVAL

Deze maand zijn er volop YAA-activiteiten waaraan u mee kunt doen. Ze zijn allemaal de moeite waard! Vergeet na het kiezen uit dit aanbod niet om de nieuwe award-winnaars te bekijken. In deze nieuwsbrief staan drie interviews van enthousiaste jonge kunstenaars die zich graag aan u voorstellen.

YAA ACTIVITEITEN

VRIJDAG 14 JUNI 2024, 12.30 UUR
ROOF
lunchvoorstelling over roofkunst

geschreven door: Maxine Palit de Jongh, Awardwinnaar 2022


Theater Bellevue Amsterdam
Kosten: 12,50
Om 13.30 lunchen we op eigen kosten bij de Smoeshaan

info


AANMELDEN ROOF


VRIJDAG 16 JUNI 2024, 16.00 UUR
SOMETHING ELSE
buitenoptreden met vijf dansers/acrobaten
Collectief MAMM: Maxime de Jongh en Mees Meeuwsen, Awardwinnaars 2023/2024


Amstel CC, Cullinanplein 1
Gratis toegankelijk

info

AANMELDEN SOMETHING ELSE 


VRIJDAG 21 JUNI 2024, 13.00 - 15.00 UUR
RONDLEIDING EN PRESENTATIE DAS-CHOREOGRAFIE
Jeroen Fabius artistiek leider DAS- choreografie wil ook dit jaar de YAA-housing partners bedanken.

DAS
Overhoeksplein 2, 2
e etage
Speciaal voor YAA Housing Partners. Als er plaats is, kunnen er ook andere YAA-vrenden mee.


AANMELDEN DAS-CHOREOGRAFIE

WEET U NOG?

Het toekennen van een YAA-award gaat dit jaar anders. We hebben álle zes voordrachten gehonoreerd. De kunstenaars ontvangen een bedrag van € 2000,-, plus publiciteit en netwerk.


Eén van de zes award-winnaars krijgt ook een publieksprijs. U en andere YAA-leden gaan op de dag van de award-uitreiking op jullie favoriete kandidaat stemmen. Hun live-presentaties en de interviews in onze nieuwsbrieven bepalen uw keuze.


In de vorige nieuwsbrief (mei) was er al een interview te lezen met dansers Maxime Abbenhues en Mees Meeuwsen. In deze editie presenteren we drie andere winnaars: Michael Bucuzzo, Sun Chang en Astrid Ardagh. Zet alvast in uw agenda: 12 september prijsuitreiking bij Framer Framed. Dit wordt de start van een periode, waarin we de kunstenaars en hun producties gaan horen en zien.

AWARDWINNAARS 2023/2024


Astrid Ardagh

  • Interview met Astrid Ardagh

    Ik ben 26. Mijn beide ouders zijn kunstenaars. Mijn moeder is Noors, mijn vader Engels. Ze vonden het heel belangrijk om mij en mijn broer ergens in de wereld op te voeden waar we sterk verbonden waren met de natuur. Ze stopten hun hebben en houwen in een oude Volvo en reden van Engeland naar Noord-Noorwegen.

    We kwamen terecht op een boerderij op een eilandje bij de Lofoten. Mijn vader bouwde er een grote studio voor mijn moeder, waar ze kinderen kunstles gaf. Ik en mijn broer gingen naar haar kunstacademie. Ik was vijf. Die jeugd is een belangrijk onderdeel van mijn identiteit geworden. Ik voel me erg geworteld in deze kleine gemeenschap van 600 eilandbewoners.


    Op mijn zeventiende begon ik te reizen, naar Zuid-Amerika, Japan, Australië. Ik heb toen veel vrijwilligerswerk gedaan: op een biologische boerderij in Costa Rica, in een Aboriginal kunstcentrum in midden Australië, in een antiekwinkel in Naoshima, het kunstwalhalla van Japan. Daar besefte ik dat ik kunstenaar wilde worden.

    Ik kwam uit een klein plaatsje, ik had nog niet veel musea en galerieën gezien, dus ik voelde me behoorlijk conventioneel, traditioneel; ik schilderde vooral en fotografeerde, alles was 2-D. Ik voelde een sterke drang om een opleiding te volgen die mijn manier van denken echt op de proef zou stellen. 

    Het moest een kunstacademie worden buiten Noorwegen of Engeland. Ik zocht een internationale gemeenschap waar aandacht zou zijn voor de conceptuele en bijna filosofische benadering van kunst. Het werd de Rietveld Academie...

  • Lees verder

    ....


    Mijn ervaring in Japan is erg belangrijk geweest. Ik heb er verschillende cursussen gevolgd in traditionele Japanse papierkunst en ik heb enige tijd doorgebracht in Naoshima, waar ik voor het eerst kennis maakte met het werk van Yayoi Kusama.

    Ik denk dat dit het soort moment was waarop ik besefte dat je via kunst het universum of emoties kunt ervaren, of grote concepten op een persoonlijke manier kunt begrijpen. 

    Ik was ook erg ontroerd door de architect Tadao Ando. Architectuur is op zijn manier, net als de Japanse kunst, heel sensueel en spiritueel. 

    Westerse kunstgalerieën kunnen behoorlijk ontoegankelijk zijn. Terwijl de Japanse aanpak mij een heel andere manier van denken over kunst liet zien. Dit was een eye-opener waarbij ik voelde dat ik niet per se tweedimensionaal hoefde te werken. Ik hoef niet te schilderen. Er zijn zoveel andere manieren van werken. Ruimte creëren voor ervaringen. Meer meeslepende kunst.


    Hoe zie je je eigen generatie?


    Elke generatie heeft te maken met een transitie. Die van ons is een technologische, m.n. de overgang naar social media. Ik ben erg dankbaar dat ik heb mogen opgroeien zonder mobiele telefoon en social media. Het is ook een generatie die steeds meer een gemeenschapsgevoel, een gevoel van verbondenheid met plaats en natuur, mist. Vooral leeftijdsgenoten uit de internationale gemeenschap zijn behoorlijk ontheemd, zwerven van land naar land, altijd op zoek naar iets nieuws. We stellen zeer hoge eisen aan onszelf, aan wat we op jonge leeftijd al moeten bereiken, wat succes en geluk betreft zijn we vaak erg carrière gedreven.

    Over dit verlangen om erbij te horen, een generatie op zoek naar haar wortels, schreef ik mijn scriptie. En het is iets dat ik heel sterk voel, omdat ik uit een gemeenschap kom waar ik me letterlijk erg gegrond voel. Ik heb een plek waar ik mijn handen in de aarde kan steken en kan zeggen: ik kom hier vandaan. 

    Tot op zekere hoogte is er bij horen een mentaliteit, een keuze. Maar zoals in elke relatie is er een bepaald niveau van toewijding nodig. Je moet daar tijd doorbrengen, je moet prioriteit geven aan die plek. Ik besefte dat toen ik 16 was. Ik had het moeilijk, ik was al behoorlijk vaak verhuisd. Mijn ouders waren van het eiland vertrokken. Ik verloor het gevoel ergens bij te horen. Toen ik in de twintig was besefte ik dat ik dat huis nodig had. Ik heb er voor gekozen elk jaar een aantal maanden op mijn eiland te wonen. 

    Het is ook de plek waar ik veel inspiratie opdoe. Er zijn niet veel mensen die kunst maken over landelijke gemeenschappen in het Noordpoolgebied. Ik voel me dus zeer gemotiveerd om een licht te laten schijnen op dit afgelegen deel van de wereld.


    Botst dat niet met je leven in Amsterdam?


    Soms kan het moeilijk zijn om gemotiveerd te blijven als een kunstwereld erg verzadigd aanvoelt. Als je in een grote stad woont met veel getalenteerde en ambitieuze artiesten, kan het behoorlijk intimiderend zijn. Alles is al gedaan.

    Ik ben niet iemand die zich per se laat inspireren door andermans kunst. Ik laat mij vooral inspireren door mensen en verhalen uit de maatschappij. En dan ontmoet ik graag mensen van verschillende leeftijden, met verschillende achtergronden, In steden is de cultuur vaak erg homogeen en gegentrificeerd: steeds meer van hetzelfde. Vaak vloeien de verhalen over in een soort algemene cultuur. Het meest geïnspireerd voel ik me door plekken die nog steeds hun eigen verhaal hebben. Hun eigen tradities. Die uniek zijn en nog vrij onbekend.


    In die Noorse gemeenschap bestaat er een ander niveau van respect voor de natuurlijke wereld. De natuur en het landschap domineren, de mens is daaraan ondergeschikt. Maar ook al ben ik erg dankbaar voor mijn verbinding met die eilandgemeenschap, ik heb Amsterdam nog steeds nodig. Het leven gaat over het vinden van een balans. Nadat ik jarenlang wilde weten waar ik thuishoor, realiseerde ik me dat ik op meer dan één plek ergens bij kan horen. Amsterdam geeft mij een ander perspectief. Het stelt mij in staat om te groeien als kunstenaar binnen een diverse en internationale kunstgemeenschap.

    Ik denk dat ik me niet zo geïnspireerd zou voelen door het Noordpoolgebied als ik hier niet zou wonen. Soms moet je een buitenstaander worden om deze verhalen te zien. 


    Wie wil je bereiken met je kunst?


    Ik wil graag een breed publiek bereiken. Ik wil niet dat mijn kunst erg cryptisch of nicheachtig is, geen kunst voor m.n. mensen uit de kunstscene. Ik wil dat mijn publiek iets voelt en ontroerd raakt. Ik denk dat je als kunstenaar op de een of andere manier iets terug moet geven aan de samenleving. Er gebeuren zoveel dingen in de wereld, en er is zoveel behoefte aan kunst om zowel de samenleving te bekritiseren als een nieuwe kant te laten zien. Kunst is zo'n belangrijk instrument! 


    Ik werk ook in een kunstcollectief dat zich richt op de gezondheid van vrouwen en vraagstukken die verband houden met zorg. De westerse medische industrie richt zich vaak op een specifiek type lichaam in een specifiek type persoon. Veel medicijnen worden getest op blanke mannenlichamen. Vrouwen zijn altijd een zeer ondergeteste groep geweest. Dus ik denk dat dit een van de belangrijkste motivaties voor dit collectief is om het bewustzijn hierover te vergroten en de vraag te stellen voor wie de samenleving zorgt en wiens pijn wordt gehoord en behandeld. 

    Zo nu en dan maken we publicaties en organiseren we evenementen. Dat is dus een heel andere kant van mijn praktijk. Zo heb ik op het eiland waar ik ben opgegroeid, van een mobiele sauna een ontmoetingsplek gecreëerd. Er zijn niet veel plekken in de gemeenschap waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Deze buitensauna op wielen beweegt zich door het dorp. Dit jaar ga ik er een klein filmfestival organiseren en een van de filmlocaties zal in die sauna zijn. 


    Wat zou je met de YAA-award willen doen?


    Met de YAA-prijs wil ik een videowerk maken: “Longing to belong in Amsterdam”. Hoe mensen hier in de stad verbonden zijn met de natuur, met hun grond. Dat gerelateerd aan het concept van het paradijs, De Tuin van Eden. 


    website Astrid Ardagh





MICHAEL BUCUZZO

  • Interview met Michael Bucuzzo

    Ik ben geboren en opgevoed in een typisch Amerikaans klein stadje in New England (Verenigde Staten). Ik was niet atletisch, in sport kon ik me niet uitleven, ik was een dromerig type. Ik vond al snel mijn weg in de kunst. Op 12-jarige leeftijd begon ik te tekenen en schilderen. Ik zat met mijn hoofd altijd in de wolken. Veel van mijn jeugdherinneringen gaan terug naar de films, radio en tijdschriften uit die tijd. Mijn familie is van origine Italiaans, en hoewel mijn ouders niet erg religieus waren hebben ze me wel een katholieke opvoeding gegeven. De beeldtaal en muziek uit de kerk raakten mijn hart, ik heb er een sterk ontwikkeld schuldgevoel aan over gehouden. Biechten was belangrijk. Ik besef nu pas hoe zeer deze spiritualiteit een connectie met mijn hedendaags werk heeft.


    Een belangrijke jeugdherinnering is de film Frankenstein van Mary Shelley, die ik als 11-jarig jongetje zag. Ik gilde van angst. Dat ik in mijn droom de hartslag van Frankenstein kon horen zal ik nooit vergeten. Mijn ouders luisterden voortdurend naar klassieke rock muziek en nieuws. Mijn oma gaf me een draagbare tv-radio, ik sloot me op in de kast in mijn slaapkamer met een drankje, om daar te luisteren en kijken naar allerlei programma’s. Stemmen, muziek, beelden: ik had geen voorkeur, de mix kreeg mijn aandacht, de stemming interesseerde me, niet de inhoud van de woorden of de ontwikkeling van het script. Ik wilde mijn eigen droomwereld maken, een surrealistische omgeving scheppen, om zo compleet nieuwe dingen te maken. Toen ik acht was maakte ik al mijn eigen films met mijn vaders videocamera. Ik kopieerde gangster- en maffiafilms die ik op tv had gezien. Ik wilde filmer worden....

  • Lees verder

    .....Ik werkte een tijdje in de filmindustrie in de VS, vooral met het editen van reclamespotjes. Die commercials werden mijn onderzoeksthema voor mijn master op de Filmacademie. Daarvoor hergebruik ik fragmenten uit de media, recycle ik a.h.w. films.


    Mediavervuiling


    Een enorme hoeveelheid media worden dagelijks over mij, over iedereen eigenlijk, uitgestort, maar ik wil in de tegenaanval, het heft in eigen handen nemen en reageren op die media. Het is mijn antwoord op de mediavervuiling. Ik wil droomwerelden scheppen waarin het publiek zich kan verliezen. Ik onderzoek hoe geluiden en beelden onze herinneringen triggeren, het is een soort tijdreizen, een haast mystiek en spiritueel proces, waarmee ik gevoelens wil oproepen. Ik wil een emotionele reis in plaats van een letterlijke reis maken. 


    Enkele projecten uit het verleden waren autobiografisch, ze focusten op de Amerikaanse media en populaire cultuur omdat dat nu eenmaal mijn achtergrond is. Ik sta open om de mogelijkheden te onderzoeken van het hergebruik van materiaal uit niet-westerse culturen.


    Mentaal dwalen


    Ik geloof dat onze angsten, dromen en verlangens sterk worden beïnvloed door tv en massamedia. Deze overdosis aan geluids- en beeldprikkels vormen en reflecteren ons bestaan. Het risico bestaat dat we onszelf niet los van die beelden kunnen zien. Het is goed om na te denken over hoe de media ons bestaan bepalen. Ik kan alleen met mijn werk op die media reflecteren, door nieuwe droomwerelden te creëren, maar ik neem ook regelmatig tijd om de stilte van de natuur in te ademen. 


    Dat in mijn films geen mensen voorkomen, heeft misschien te maken het feit dat ik in het begin geen acteurs kon vinden. Ik raakte benieuwd hoe krachtig films en tv emoties kunnen oproepen zonder menselijke aanwezigheid, zonder stemmen. Toen ik ooit de Wizzard of Oz zag, raakte ik gefascineerd door de geluidseffecten op de achtergrond, die zoveel emoties bij me opriepen. Ik volg meestal films, ik vraag me niet af wat er gebeurt, maar wat de omgeving me vertelt. Ik vind het leuk om mentaal te dwalen, die ervaring wil ik mijn publiek ook meegeven.


    Mijn leukste project? Elk project geeft me plezier. Neem Stress eating time. Het centrale thema is: wat zou er gebeuren als een vliegtuig in een existentiële crisis zou geraken en zichzelf kaapte? Ik gebruikt hiervoor veel archiefmateriaal, geluidsfragmenten en filmbeelden, soms neem ik mijn eigen stem op en verberg dat geluid in de film. Ik wil graag de regie over het hele creatieproces houden, ik gebruik geen muziek die speciaal voor mijn film wordt gemaakt.  


    Geluidseance


    A.I is een soort recycling van data. Ik vind dat interessant en wil ervan leren, maar ik ga het heel voorzichtig gebruiken. Deel van de lol is hoe organisch mijn maakproces verloopt, A.I. kan de magie wegnemen. Ik heb een project gedaan over data centra in AI-technologie, zo heb ik er het e.e.a. van opgestoken.

    Met de YAA award wil ik mijn live performances verder ontwikkelen. Ik wil graag een geluid-seance creëren met het publiek. 


    Films van Michael:


    Stress Eating Time | Excerpt

    We Always Aim Higher | Excerpt

    Tuning Room | Excerpt

SUN CHANG

  • Interview met Sun Chang

    Ik kom uit China, de provincie Wuhan. Mijn ouders en familie wonen daar nog steeds. Ik ben geboren in de tijd van de ‘een-kind politiek’; ons gezin bestaat uit slechts drie personen: mijn ouders en mij. Wel heb ik een aantal nichten. Het was een voorrecht om tussen sterke vrouwen op te groeien, zij hebben mij krachtig gemaakt.

    Mijn vader was arts, mijn moeder secretaresse. De streek in Wuhan waar ik woonde werd in de socialistische tijd ontwikkeld met als enig doel: de staal industrie opbouwen. Stadsplanning, economische en culturele activiteiten: alles werd als een gemeenschappelijk project met dat doel aangepakt. Ik ben van de derde generatie, nu is de maatschappij meer kapitalistisch en individualistisch ingericht, maar ik leefde in de nostalgie van dat gemeenschapsdenken. Mijn grootouders koesterden dat gezamenlijke. Het heeft vermoedelijk een zaadje geplant in mij: een verlangen naar groepsprojecten.


    Ik wilde altijd al reizen, ontdekken hoe andere culturen in elkaar staken. Daarom ging ik op 19-jarige leeftijd naar Londen, studeerde er Fine Arts, trok naar New York en belandde tot slot in Nederland. Fine Arts bevredigde niet. Als ik iets moois had gemaakt vond ik de uitkomst zo passief, het feit dat het na alle creativiteit alleen in een tentoonstelling te zien was, en dan nog slechts voor een bepaald soort kunstpubliek. Ik wilde meer betrokkenheid. Toen ik als migrant en queer in Nederland mijn beroepsleven wilde inrichten, zocht ik naar een vorm van gemeenschappelijkheid, misschien iets zoals in de dromen van mijn grootouders....

  • Lees verder

    ...Mijn migrantenstatus is een sterke identiteit en stelt me voor de vraag: hoe verbind ik me met andere mensen uit andere culturen. Ik had een verlangen ergens bij te horen, niet bij een natie maar bij een groep. 


    De Covid-lockdown maakte ineens duidelijk dat veel van het werk in huis op de schouders van vrouwen terecht komt. Dit is geen nieuws, maar ik zag dat zelfs, als iedereen thuis is, de meeste klusjes nog steeds op het bord van vrouwen terechtkomen. Vrouwen waren de managers binnenshuis. Ik was nieuwsgierig naar hun verhalen, hun wijsheid, wilde die naar buiten brengen. Zo ontstond M*Others. 


    Mother is een werkwoord


    Mother is een werkwoord, ongeacht je gender. Het gaat om zorg bieden en zorg krijgen. Ik vroeg mij toen ook af: wat betekent vrouw-zijn, wat is haar kracht, gaat het altijd om zorg en reproductie? Ik merkte dat moederschap soms een keuze is, maar soms ook niet. Ik wilde het spectrum van moederschap breder maken door me de vraag te stellen: hoe gaat dat moederen er aan toe in migranten- en queergemeenschappen? Hoe werkt moederen voor mensen die biologisch gezien geen moeders zijn, wat is hun zorgpraktijk? Ik identificeer me met beide groepen. 

    De antwoorden waren zo divers, de family-modus kon enorm verschillen, maar ik ontdekte ook dat er veel gelijkenissen in deze gemeenschappen voorkwamen: het zat hem in de intensiteit van mothering. Het ging om een ‘thuisgevoel creëren’, om belonging. 

    Queer mensen zijn op zoek naar een nieuw gekozen familie, migranten zoeken ook een eigen community, een eigen thuisgevoel in een nieuw land. Ze zoeken connecties met andere mensen.


    Ik vroeg deelnemers uit de Molenwijk om in gesprek te gaan over hun eigen ervaringen met ouderschap. Zo ontstond een gezamenlijke Galaxy of Care van de deelnemers. De deelnemers uit verschillende gezinssamenstellingen werden aangemoedigd om met pedagogische methoden uit de queer-community en met elkaar hun ‘nieuwe (non-nucleaire) gezin’ te vormen met genderbewust taalgebruik. Hoe word je een gezin, bleek uiteindelijk de centrale vraag…..

    Maatschappelijk werkers waren aanvankelijk erg sceptisch dat ik alternatieve families, ofwel diversiteit van verwantschap, in migrantenkringen wilde onderzoeken. Zij waren bang dat mijn vragen te ingrijpend zouden zijn. Alsof queer- en migrantengemeenschappen totaal gescheiden groepen zijn! Erg stereotyperend. 

    Migranten- en queergemeenschappen zijn beiden open en nieuwsgierig naar elkaars gezinservaringen. Ze vroegen me allemaal wat een alternatief gezin voor mij betekent. Het werd een dialoog!


    Elkaar verbeelden


    Kunst is iets dat niet gedefinieerd is, daarom kan het de mind-set open breken. Ik doe daarom workshops voor collectieve verbeelding. De taal van kunst is zo baanbrekend. We kunnen elkaar kennen, maar we kunnen met kunst ook elkaar verbeelden. 

    Ik startte een project met bewoners van de Molenwijk. Aan afzonderlijke deelnemers, met wie ik een traject van intiem contact had opgebouwd, vroeg ik: hoe ziet jouw persoonlijke speciale eigenschap er uit? Hoe verbeeld je jouw familie? Hoe zou jouw toekomstige familie er uit kunnen zien? Teken dat eens. In een collectieve workshop hebben de vrouwen tekeningen gemaakt van de wind (die geen gender heeft en constant in beweging is) en de wijk waarin zij wonen. Wind als metafoor, constant in beweging, aan het migreren. Mijn vraag was: Wat voor een wind ben jij: een briesje, een tornado, een storm… Visualiseer dat gevoel. 

    Hoe kan wind een familie hebben? Verbeeld je dat je een wind bent: hoe beweegt die in een huis? Hoe reist jouw wind in de wijk? Waar ontmoet je andere winden? Zo bouwen we aan een narratief.


    Wandkleed


    Voor to M•Others #1 waren er workshops posterontwerp met lokale moeders in de Bijlmer. Ik vroeg de deelnemers: welk dier staat symbool voor jouw manier van zorg leveren? Zo is een groot wandkleed ontstaan waarbij een grote mier wordt gegenereerd, symbool van een drukke, zorgende moeder.


    Ik merk dat opvattingen over intimiteit, familie, etniciteit en grenzen door alle gesprekken en gebruik makend van kunst een nieuwe betekenis krijgen. Deze ervaringen heb ik gepubliceerd in to M•Others: een artistiek onderzoek naar M(Other)ing,  Ik hoop met dergelijke sociale kunstpraktijken bij te dragen aan emancipatie, veerkracht en zelfbewustzijn, zeker in deze tijd waarin verbondenheid met anderen dreigt weg te vallen.


    Website To M*Others

    Instagram To M*Others

    Website Sun Chang


WAT ZULLEN WE HAAR MISSEN!


Op 11 mei is YAA-bestuurslid Wies Rosenboom overleden.


In 2017, vijf jaar na de oprichting, stond YAA op de rails en kregen we behoefte aan een nieuw bestuurslid. Wies Rosenboom had interesse; ze kwam uit de danswereld, was net met pensioen, en kunst en cultuur was haar op het lijf geschreven. 
Wies heeft zich ruim vijf jaar intensief ingezet voor YAA. En op wat voor manier!!
In alle contacten, per mail of live, maakte Wies mensen op een heel natuurlijke manier enthousiast om YAA-vriend te worden. Niet alleen bij vrienden uit eigen kring, maar ook bij nieuwe contacten met kunstinstellingen, kunstenaars en kunstminnaars die ze nog niet kende. Wies wist heel makkelijk  onderwerpen te vinden die anderen aanspraken. Je voelde je daardoor snel ‘thuis’ en vertrouwd. Ze stond ook open voor nieuwe initiatieven en andermans ideeën. Dat ging gepaard met haar talent om het in de praktijk te regelen. De afgelopen periode zijn we opnieuw bezig geweest met de toekomst van YAA. Er zijn drie nieuwe, jongere bestuursleden aangetrokken. Ondanks het feit dat de ziekte haar tol eiste stond Wies er op hen persoonlijk te vertellen hoe blij ze was dat ze aan boord kwamen. 

Samenwerken met Wies was inspirerend, resultaat gericht en vrolijk. Wat zullen we haar missen!


Marianne Harten, bestuurslid YAA


kalender

Hier kunt u zien hoe jonge kunstenaars die de afgelopen jaren door YAA zijn gesteund, hun artistieke weg vervolgen.


YAA Awardpresentatie
12 september, 15.30 - 18.00 uur
Framer Framed
Na afloop buffet, 18.00- 20.00 uur


YAA-reis Biennale Venetie
24 tm 29 september

Toonzetters
Een caleidoscopisch concert van 20 jonge componisten. Er doen 4 Awardwinnaars mee: Frieda Gustavs (YAA Award 2021), Ramin Amin Tafreshi (YAA Award 2023/2024), Rick van Veldhuizen (YAA Award 2017), en Tijmen van Tol (YAA Award 2019).
15 juni, 12.30
Arnhem, Musis, Muzenzaal
Gratis toegankelijk


INSCHRIJVEN

Nieuwsbrief


Fijn dat u zich wil opgeven

voor de YAA Nieuwsbrief.

Hiervoor hebben we

de volgende gegevens nodig:

NIEUWSBRIEF

Share by: